Identiteit & Icoonwaarde
De Zwarte Hond & Monadnock
Park Paviljoen De Hoge Veluwe
Het Park Paviljoen van Het Nationale Park De Hoge Veluwe opende in de zomer van 2019 zijn deuren. Het nieuwe gebouw, ontworpen door De Zwarte Hond en Monadnock, is een markant oriëntatiepunt midden in het bos en vormt de uitvalsbasis voor een dagje Hoge Veluwe. Het biedt bezoekers een gastvrij onthaal en voegt een belevenis toe aan het Park.
Toelichting categorie
Het nieuwe Park Paviljoen is functioneel en duurzaam, maar het gebouw is veel meer dan dat. Het management van Het Nationale Park De Hoge Veluwe is zich bewust van het culturele erfgoed in het park en is ook steeds overtuigd geweest van de gedachte dat architectuur een onderdeel is van de beleving van het park. Dat is grotendeels te danken aan de geschiedenis van het park en de bouw van Jachthuis Sint-Hubertus en het Kröller-Müller Museum. De Hoge Veluwe is onlosmakelijk verbonden met kunst en architectuur. Voor de verbetering van de bezoekersfaciliteiten was het dan ook logisch dat het gebouw enerzijds heel erg aantrekkelijk zou zijn voor de bezoekers van het park – voor alle soorten individuen en groepen in alle jaargetijden – en anderzijds bijzondere architectuur moest zijn die aansluit bij het culturele erfgoed. Tijdens de ontwikkeling van het ontwerp ging het ook steeds over die aspecten. Het gebouw moest een ruimtelijke en visuele belevenis bieden.
Het Park Paviljoen ligt op een open plek in het hart van het park en doet denken aan een landhuis. Bij benadering vanaf de kopse zijde is het silhouet van het gebouw – de herkenbare dubbele kap – al van veraf tussen de bomen door te zien. Daarachter ontwikkelt het gebouw zich tot een bijzondere gebogen vorm, met een meer intieme schaal. Een grote glazen gevel over de hele lengte biedt een magnifiek zicht op de prachtige omgeving. Juist hier is het grote gebouw bescheiden en van menselijke maat, vanwege de lage dakrand. Langs de glaswand strekt zich de centrale ruimte uit, een grote ‘woonkamer’ met centraal een stijlvolle trap en aan het eind de grote haard. Hierin zijn de informatiebalie, de parkwinkel en het restaurant te vinden. Als bezoekers de hoge ruimte binnentreden is de verrassing groot; het langgerekte gewelfde plafond verwacht je niet van buitenaf. Negen kroonluchters projecteren er een betoverend patroon op, gebaseerd op een algoritme van de zon die door de bladeren schijnt – een voorbeeld van ‘biophilic design’. De schaduwpatronen trekken de natuur het gebouw in en maken een koppeling tussen de fysieke en de virtuele wereld.
Het herkenbare silhouet en de belevenis binnen geven het gebouw icoonwaarde. Tegelijkertijd detoneert het gebouw niet; sterker nog, het versterkt de identiteit van het park. Exterieur én interieur gaan een verbintenis aan met het omringende landschap.
Toelichting ontwerp
Inspiratie haalden de ontwerpers o.a. uit landhuizen van de architecten Lutyens en Eschauzier, de Woodland Chapel van architect Asplund in de bossen bij Stockholm en het Weense Café Una van Lacaton & Vassal. Mooi aan de landhuizen is dat ze een relatie leggen met het omliggende landschap, maar er nadrukkelijk ook van verschillen. De Woodland Chapel laat zien hoe een interieur qua vorm ook een verrassing kan zijn. En het Weense Café Una met zijn bijzondere plafondbewerking zette de architecten op het spoor van een belevenis voor de gebruikers. In het ontwerp van het Park Paviljoen zijn deze referenties samengesmolten. Het landhuis zie je o.a. terug in het silhouet van het gebouw. Het interieur van de centrale ruimte verrast door het langgerekte gewelfde plafond, en door de speciaal ontworpen lichtprojectie op dat plafond. Die verrassing vergroot de belevingswaarde voor bezoekers van het park.
In de zoektocht naar een hedendaagse vertaling van een landhuistypologie, spelen de materialisering en detaillering een belangrijke rol. Uitgangspunt was om een gebouw te maken met een lichte verschijning, van veraf zichtbaar en uitnodigend. Dat heeft geleid tot een kleurpalet waarbij de kleurtonen van de verschillende onderdelen zeer dicht bij elkaar liggen. De lichte kleuren leggen een relatie met de zandgronden uit de omgeving.
Het ontwerp speelt met traditionele landhuismotieven, zoals een royaal zadeldak, maar er zijn nadrukkelijk hedendaagse materialen ingezet, zoals aluminium. Ook een eeuwenoud bouwmateriaal, baksteen, is op een hedendaagse manier gebruikt. Het metselwerk is uitgevoerd met een lichte genuanceerde ‘wasserstrich’ baksteen van de producent Hagemeister. De geborstelde, platvolle voeg loopt qua kleur en textuur haast door in de bakstenen, waardoor het metselwerk een egale, monolithische verschijning krijgt. Het lichte metselwerk in combinatie met de grote hoeveelheid aluminium afwerkingen, zoals dak en kozijnen, ondersteunen het idee van een open, licht en toegankelijk gebouw.
‘Een plek om je thuis te voelen’ was een belangrijk uitgangspunt voor het interieurontwerp. De architecten hebben hierop ingespeeld door in de glazen gevel intieme nissen te creëren en aan de kopse kant een grote haard met comfortabele stoelen te ontwerpen. Ook de losse interieurelementen reflecteren de omringende natuur, bijvoorbeeld door het gebruik van ruige, maar rijke natuurlijk materialen als leer en eikenhout, materialen die in de tijd alleen maar mooier worden.