In 2016 wordt de architectenselectie voor de ontwerpopdracht van een woongebouw op de kleinste kavel in het Paleiskwartier gewonnen. Dit kavel van ong. 1050 m2, is gelegen in de oksel van de kruising van de Bordeslaan en de Vijverlaan, achter het sheddakencomplex en naast de 6 meter hoge, cortenstalen Paleisbrug over het spoor die de wijk met de binnenstad verbindt. Een nieuw hotel aan de westzijde zal de hoge rug vormen naar het spoor toe.

De commerciële plint, met een extra hoge verdiepingshoogte, volgt strak de kavelgrenzen. Op deze plint wordt een 10-laags woonprogramma ontworpen met een gevarieerd programma van appartementen in 7 afmetingen, van kleine studio’s van 49 m2 tot grote appartementen van bijna 150 m2. De appartementen volgen de lijn van de Vijver- en Bordeslaan waardoor er in de luwte van het blok ruimte ontstaat voor een gemeenschappelijke daktuin op de eerste verdieping.

De eerste 4 woonlagen draaien zich vanuit de Vijverlaan langzaam over de Bordeslaan heen tot er een kolomvrije uitkraging wordt bereikt van meer dan 10 meter. Een waar constructief hoogstandje. Hierdoor krijgt het gebouw een stevig gezicht naar het Paleiskwartier toe. De gevel van dit 7-laagse accent aan de Bordeslaan wordt geheel in een witte beton uitgevoerd met grote glazen puien.

De overige gevels zijn een subtiel spel van horizontale banden rondom het gebouw en een raster met verticale invullingen van baksteen, kozijn en aluminium panelen. In wit beton met subtiele schaduwranden geven de banden de afzonderlijke verdiepingen aan. Vanuit deze betonbanden ontstaan uitkragende balkons.

Penanten gemetseld in een zachtgele baksteen in dubbel waalformaat vormen verticale kaders waarbinnen de terugliggende bakstenen penanten worden gepositioneerd. Deze penanten zijn gemetseld in een baksteen in eenzelfde kleur, maar in een kleiner formaat steen met schijnvoeg, waardoor hier een fijner tegelverband ontstaat. Aluminium kozijn en panelen in een licht bronzen kleur vullen de openingen.

Het gebruik van hoogwaardige materialen en zorgvuldige detaillering geven het gebouw een prominente uitstraling. Het elf lagen hoge complex met de gedraaide toren heeft zijn contour verworven in het nieuw stedelijk landschap van het Paleiskwartier.

Sinds 1995 wordt een industrieel gebied in ’s-Hertogenbosch ontwikkeld tot een nieuwe hoogwaardige woonwijk, het Paleiskwartier. Een enkel industrieel relict zoals het sheddakencomplex van Brinkman & van den Broek en Bakema is opgenomen in het stedenbouwkundig plan.
Dit Paleiskwartier is op een bijzondere plek in de stad gelegen: aan de oostzijde door het spoor gescheiden van de historische binnenstad en aan de zuidrand begrensd door de randweg en het Natura 2000 natuurgebied ‘de Gement’. In de zuidpunt van de wijk vormt een cortenstalen brug, een ontwerp van Benthem Crouwel met een industriële parkinrichting van Piet Oudolf, de verbinding over het spoor.

Het gebouw Upstairs ligt op een centraal schakelpunt in deze bijzondere wijk. Daar waar de centrale as van de wijk, de Bordeslaan, langs een van de historische relicten langs loopt, onder de cortenstalen brug doorschiet en eindigt op een klein pleintje met terrassen.

Upstairs verbeeldt deze bijzondere ligging: grote gevelopeningen geven zicht op de wijk en het natuurgebied. Op het niveau van de straat en de brug vormt het gebouw juist een begeleiding van de voetganger. Aan de brug opent Upstairs zich en geeft zicht op een groene, gezamenlijke binnentuin, maakt verbinding met het groen op de brug. Lopend over de Bordeslaan kondigt de verdraaiing en uitkraging van het gebouw het einde van de laan al van verre aan, een verwelkomend gebaar naar zowel de bewoners als de passanten op straat.

Upstairs nestelt zich op deze bijzondere plek. Zowel vanaf de brug als de straat vormt het een herkenningspunt en begeleidt het de bezoekers in de wijk.

Grote zorgvuldigheid in architectuur draagt altijd verder dan het gebouw alleen, het heeft per definitie positieve grip op de directe omgeving. Het wordt door bewoners beleefd en door passanten meegedragen.