Het Trippenhuiscomplex is een ensemble van 5 panden in het centrum van Amsterdam. Het Trippenhuis werd tussen 1660 en 1662 gebouwd door Justus Vingboons voor de gebroeders Trip, rijke handelaren in wapens en munitie. Sinds 1812 biedt het complex ruimte aan medewerkers en gasten van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.

De Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) is de vaste bewoner van het Trippenhuiscomplex. Het monument biedt samen met de belendende panden onderkomen aan medewerkers, gasten en de bijeenkomsten van de akademie. Vergaderingen en symposia worden gehouden in het monumentale gebouw en het aangrenzende pand.
Met de transformatie van het Trippenhuiscomplex door Office Winhov heeft de KNAW een nieuwe, goed zichtbare ontvangst en ve
ieuwd auditorium gekregen, passend bij hun veranderende en meer open rol in de samenleving. De nieuwe toevoegingen dragen zichtbaar bij aan de transformatie van het gesloten instituut aan de Kloveniersburgwal, met een uitnodigend en representatief ‘gezicht’ naar de stad.
Het interieur van de ontvangstruimtes is mede bepaald door het gebruik. Het nieuwe ontvangstgebied bestaat uit een enfilade van kamers en zalen, uitgestrekt vanaf de historische entree tot aan het auditorium in de binnentuin. Nieuwe voorzieningen, ondersteunende faciliteiten en alle techniek zijn naadloos ingepast in het ontwerp ten behoeve van de medewerkers en genodigden.
Als onderdeel van de ve
ieuwing is ook de benaming van de zalen aangepast. In het Trippenhuis waren tot dan toe alle ruimtes ve
oemd naar mannelijke wetenschappers. Met de transformatie en toevoeging van nieuwe ruimtes hebben Office Winhov en het KNAW besloten om namen van vrouwelijke wetenschappers toe te kennen aan een deel van de vertrekken.

Het Trippenhuis is een ontwerp van Justus Vingboons en werd tussen 1660 en 1662 gebouwd voor de broers Louis en Hendrick Trip, rijke handelaren in wapens en munitie. Het gebouw bevindt zich aan de Kloveniersburgwal, in het historisch centrum van Amsterdam. Het is een van de toonaangevende voorbeelden van het Hollands classicisme in de stad en een van weinige grachtenpanden met zowel een monumentale voor- als achtergevel. Sinds 1812 is de KNAW de vaste bewoner van het Trippenhuis. Het huidige complex bestaat uit meerdere gebouwen die deels met elkaar verbonden zijn en als ensemble samen het Trippenhuiscomplex vormen.
Hoewel het gebouw door de jaren heen met uiteenlopende inzichten werd getransformeerd, wist het zijn essentiële glorie te behouden. De ruimtelijke indeling van het Trippenhuis wordt gekenmerkt door een structuur van zalen en kamers langs de gevels, met in het midden van het gebouw de gangen, trappen en lichtschachten. Deze zalen, zoals de Rembrandt Zaal - waar de Nachtwacht ooit hing - worden gedefinieerd door hun ceremonieel gebruik, proportie, wandafwerking en plafonddecoratie. De zalen vormden de voo
aamste referentie voor het ontwerp van de nieuwe openbare ontvangstruimtes en de ingrijpende renovatie van het auditorium; het is een voortzetting van de ruimtelijk-typologische essentie van het oorspronkelijke gebouw.
Het ontwerp van Office Winhov voor het nieuwe ontvangstgebied bestaat uit een enfilade van kamers en zalen, uitgestrekt vanaf de historische entree in het Trippenhuis tot aan het ve
ieuwde auditorium in de tuin. Nieuwe voorzieningen, ondersteunende faciliteiten en alle techniek zijn naadloos in het ontwerp ingepast. In de reeks van ontvangstruimtes wordt, net als in het Trippenhuis, iedere ruimte bepaald door het gebruik, de proportie, de lichtinval en het kleur- en materiaalgebruik. Kleuren en ontwerpmotieven uit het historisch gebouw keren op eigentijdse wijze terug waarmee oud en nieuw zich met elkaar verbinden. Voor de realisatie van de vaste elementen in het interieur is samengewerkt met overwegend lokale makers. De gevels aan de straatkant en het binnenhof zijn bekleed met gegoten, bronzen panelen; een verwijzing naar de 'metaalhandel' van de oorspronkelijke bewoners.