Bouwgroep Minidorp in de Stad
Introductie
Samen met de deelnemers hebben we een woongebouw gemaakt om ‘samen oud te worden’. Comfortabele woningen met een groot terras, gecombineerd met gemeenschappelijke voorzieningen voor ontmoeting en een aangenaam leven met elkaar. Elke woning is anders en benut de fantastische ligging aan de rivier.
Toelichting categorie
Naar een andere bouwcultuur
Dit CPO-project speelt in op een andere cultuur van wonen en ontwikkelen. De deelnemers kozen bewust voor de stad en wilden met gelijkgestemden zelf hun woonomgeving vormgeven. We hebben het dan niet over het doorsnee-aanbod van nieuwbouw of bestaande voorraad, maar over niches. Die zijn goed te ontsluiten met kleinschalige, persoonlijke projecten. Bovendien zorgen deze projecten vaak voor binding met de plek en met elkaar. Betrokkenheid is het sleutelwoord.
De initiatiefnemers hebben het concept van ‘samen oud worden’ leidend laten zijn voor de planontwikkeling en de werving van de deelnemers. De deelnemers zijn vanaf het begin betrokken geweest bij de ontwikkeling van ‘hun’ project. Binnen het collectieve kader was maximaal ruimte voor individuele wensen en particuliere woonbeleving. De bouwstructuur maakte het mogelijk om de verschillende woonplekken naar wens langs de gevels te rangschikken. Door de plaats van de woningscheiding te variëren kon een grote differentiatie in woninggrootte worden gerealiseerd. Tot grote tevredenheid van de deelnemers zijn 11 verschillende woningen gemaakt, aansluitend op individuele leefpatronen.
Projecten als ‘Minidorp in de stad’ bieden een alternatief voor de gangbare Nederlandse bouwcultuur, waarin economische drijfveren en winstoptimalisatie centraal staan. Die bouwcultuur heeft geleid tot schaalvergroting van projecten en bouw- en vastgoedbedrijven, waarbij alle werkzaamheden en producten financieel worden geoptimaliseerd en er veel geld omgaat in coördinatie, management en onderlinge afspraken. Een kleinschalig project nodigt uit tot een andere benadering, waarin het project zelf de drijfveer is. Minder fixatie op winst en productie, meer aandacht voor karakter en samenhang. Minder management, meer ambachtelijkheid. Minder partijen, meer betrokken deelnemers.
Het bijzondere woonprogramma van ‘Minidorp’ werd niet voorzien binnen het reguliere planaanbod. Ook de compromisloze keuze voor breed wonen langs de rivier en een buitenkamer op de zon levert niet de meest economische planopzet op. Toch zijn het juist deze aspecten die dit gebouw karakter geven en zorgen voor diversiteit op Stadswerven. De stad heeft daar baat bij. Dit project zou niet tot stand zijn gekomen zonder de keuze van de gemeente om de grond aan de initiatiefnemers te gunnen. Dat pleit voor een bewuste politiek om naast de ‘normale’ ontwikkelpraktijk ruimte te bieden voor kleinschalige projecten met grote betrokkenheid v
Toelichting ontwerp
Minidorp
Het project ligt op de noordoosthoek van een bouwblok op Stadswerven. De prachtige ligging aan de drukbevaren rivier is verreweg de belangrijkste kwaliteit van de locatie. Het gebouw neemt naar de hoek in hoogte toe. De scherpe hoek van het bouwblok is verzacht door het gebouw af te schuinen. Met dit accent wordt bovendien ingespeeld op de toekomstige stedenbouwkundige situatie aan de oostzijde, waarbij de hoek van ons gebouw prominent in het zicht komt te staan. Ook is veel aandacht besteed aan de aansluiting op de lagere stadshuizen. Aan de rivier wordt de bouwhoogte van de stadshuizen ‘overgepakt’ door een kleine hoekverdraaiing in de westgevel vanaf de derde verdieping. In de zijstraat wordt de aansluiting gemaakt met een kleiner bouwdeel (tuinhuis), waarin de gemeenschapsruimte is gesitueerd.
De begane grond biedt plaats aan de parkeergarage, bergingen, het atelier, de logeerunit en een hoge entreehal. Op de garage ligt de daktuin en de gemeenschapsruimte met keuken. Alle appartementen kijken uit over de rivier. Binnen een regelmatige structuur zijn verschillende woninggroottes gemaakt. Elke plattegrond is aangepast aan individuele wensen. Een belangrijke overweging bij de ontwikkeling van de structuur was de relatie tussen het uitzicht over de rivier aan de noordkant en de optimale oriëntatie van de grote, half inpandige terrassen aan de zuidkant. De ontsluitingskern is aan de zuidkant gelegd, zodat de lange gevel aan de noordkant volledig voor woonfuncties kon worden benut. De terrassen liggen pal naast de kern. Je komt elke woning binnen in een lichte hal langs het terras. Een korte brede gang schakelt deze ‘buitenkamer’ aan de woonkamer. Uitzicht, binnenkomst met daglicht en buitenkamer geven de appartementen karakter.
Te midden van de bonte architectuur van de omgeving was het belangrijk een eenduidig gebouw te maken met een karakteristieke voorgevel aan de rivier. De voorgevel bestaat uit een regelmatig patroon van diepe, taps toelopende penanten, met daartussen hoge puien en plaatselijk ondiepe balkons. De overige gevels zijn vlak gehouden. De positie van de gevelopeningen is telkens afgestemd op de plattegronden, waardoor er kleine verschillen ontstaan die de strenge ordening op een prettige manier nuanceren. Het materiaalgebruik en de detaillering zijn terughoudend. Er is gekozen voor een hoogwaardige, rood genuanceerde baksteen en een traditionele detaillering met geïntegreerde zonwering.





