Architectenbureaus lopen op tegen een schrikbarende toename van afwijkingen ten opzichte van de DNR bij contractvorming. Die afwijkingen moeten wel redelijk en verzekerbaar blijven. Vooral grotere bureaus (meer dan 5 fte) worden geconfronteerd met dit soort afwijkingen. Kleinere bureaus (tot 5fte) hebben hier veel minder mee te maken. In de consumentenmarkt wordt de CR nog altijd in de meeste gevallen integraal geaccepteerd. Dat blijkt uit het BNA Verdiepingsonderzoek 2020.
Inkoopmacht grote opdrachtgevers vraagt paritaire DNR
Afwijkende voorwaarden
Bureaus maken zich grote zorgen over de toename van afwijkende contractvoorwaarden. Niet alle bureaus worden in dezelfde mate geconfronteerd met afwijkingen ten opzichte van de DNR. Ruim drie kwart van de kleine bureaus (tot 5fte) ondervindt geen of nauwelijks problemen bij het integraal van toepassing verklaren van de eigen voorwaarden (DNR of CR) op opdrachten. Voor grotere bureaus (vanaf 5 fte) is die situatie diametraal anders. Bureaus met 5-10 fte krijgen bij ruim 60% van de opdrachten afwijkende voorwaarden voorgelegd. Bij bureaus met 10-20fte of +40 fte is dat zelfs bijna 75%. Het slechtst af zijn bureaus met 20-40fte. Zij moeten in maar liefst 90% van de opdrachten instemmen met afwijkende voorwaarden. Het zijn vooral grote, professionele opdrachtgevers – overheid, woningbouwcorporaties, ontwikkelaars en bouwers - die eenzijdig hun eigen ‘inkoopvoorwaarden’ opleggen. Onderhandelen is nauwelijks mogelijk. Het is slikken of stikken.
Drama
Achter de percentages uit het Verdiepingsonderzoek gaat een drama schuil. De beroepsaansprakelijkheidsverzekering is geënt op de DNR. “De waarde van een standaard beroepsaansprakelijkheidsverzekering komt wel op losse schroeven te staan als je bij 60% tot 90% van je opdrachten een aanvullende verzekering of separate projectverzekering moet afsluiten”, aldus Michel Geertse, jurist bij de BNA. “En de inkoopvoorwaarden van iedere opdrachtgever zijn weer net iets anders. Dus voor iedere offerteaanvraag of tender moet je die inkoopvoorwaarden minutieus doorploegen en schakelen met de verzekeraar om te bezien in hoeverre aansprakelijkheden beheersbaar en verzekerbaar zijn. Dat is omslachtig, kostenverhogend en leidt tot onzekerheid.” Verzekeraars zitten hier ook niet op te wachten. De BNA ontvangt signalen dat steeds minder verzekeraars bereid zijn om dit te verzekeren en de premies lopen behoorlijk op. Uiteindelijk gaan opdrachtgevers zelf de rekening betalen. Schijnzekerheid kost meer, maar levert onvoldoende verhaal.
Inzet: paritaire voorwaarden
De uitdijende wildgroei van inkoopvoorwaarden zorgt al langer voor kopzorgen. Daarom lobbyt de BNA samen met NLingenieurs voor zogenaamde paritaire voorwaarden, voorwaarden die breed onderschreven worden door de branche en opdrachtgevers. Dat is een lobby van de lange adem. Veel opdrachtgevers houden liever vast aan hun eigen inkoopvoorwaarden. BNA en NLingenieurs zijn dan ook content dat de Nevi, de Nederlandse vereniging van inkoopprofessionals, bereid was om onder de paraplu van het Programma Beter Aanbesteden van het Ministerie van EZK te praten over paritaire voorwaarden. Het afgelopen jaar hebben we achter de schermen intensief overlegd om te bezien hoe een paritaire opvolger van de DNR eruit zou kunnen zien. De sfeer was goed en op hoofdlijnen waren we eruit. We stonden juist op het punt op de gesprekken te verbreden en een paar opdrachtgevers aan tafel uit te nodigen, toen de Coronacrisis uitbrak. Tijdens de lock-down hadden opdrachtgevers andere prioriteiten. Nu de situatie weer enigszins normaliseert, willen we op korte termijn de gesprekken weer op gang brengen. Zolang een nieuwe paritaire DNR nog niet gerealiseerd is, stelt de BNA handreikingen beschikbaar, die leden ondersteunen om het gesprek aan te gaan met opdrachtgevers over onredelijke en onverzekerbare voorwaarden.