Ik loop even naar buiten”, zegt David Tol wanneer ik hij de telefoon opneemt. Omdat we besloten het interview zonder video te houden, zit hij voor zijn huis op een bankje aan het Waterlooplein in Amsterdam. “Hier kan ik dus niet tegen mijn driejarige zoontje zeggen: ga maar lekker even lekker buiten spelen. Ik zou graag zien dat de stad ook zou voorzien in een andere woontypologie.”
Heb je daarom ASC101: Familia ontwikkeld? Wat houdt het concept in?
“ASC101: Familia is opgezet als ‘healing of the community’. Het idee is dat binnen een gezonde gemeenschap relaties groeien en verbondenheid ontstaat. Dit leidt vervolgens tot lokale bedrijvigheid wat bijdraagt aan de economische welvaart in de buurt. Dit is echter lastig te bereiken in dichtbevolkte steden. Daarom heb ik een betaalbaar woonconcept ontwikkeld waarin voor een diverse groep mensen plek is. Zo is de gezinssamenstelling de afgelopen tijd veel diverser geworden. Naast man, vrouw en twee kinderen, zijn er single parents, gezinnen waarbij de grootouders inwonen, etc. Een geprefabriceerd gebouw voorziet in woningen op maat, maar ook in een kwalitatieve, gedeelde binnenplaats waar ruimte is voor ontmoeting en activiteiten. Met ASC1010: Familia wil ik bouwen aan veerkrachtige en duurzame gemeenschappen in de stad.”
Op basis van dit idee ben je momenteel bezig om in Amerika projecten op te zetten, terwijl iedereen in quarantaine thuis zit. Hoe zet je nu samenwerkingen op?
“Ik zet social media, en dan vooral LinkedIn, in om interesse te wekken en een voet tussen de deur te krijgen bij interessante partijen. Zo post ik regelmatig over het concept, ook onder berichten van anderen. Soms word ik vervolgens benaderd, bijvoorbeeld door Gabriel Nagy (UN-Habitat, Director of Housing Colombia) die nu mijn partner is in Chicago, maar ik reageer ook actief. Wanneer ik zie dat een mogelijk interessant persoon mijn bericht heeft geliked of erop heeft gereageerd, dan stuur ik ze een direct message.”
‘Mensen verleiden om met je in zee te gaan, is een belangrijk onderdeel van het architectenvak. Nu doe ik dat online’
Val je dan meteen met de deur in huis? Of begin je zoals op een netwerkborrel met smalltalk?
“Anders dan tijdens een netwerkborrel zit je er online snel op of onder. Het is daarom heel belangrijk dat het berichtje aanslaat. Ik hanteer verschillende strategieën. Vaak nodig ik iemand uit om te linken met een persoonlijk bericht. Wanneer ze mijn uitnodiging accepteren, vertel ik in enkele zinnen waar ik mee bezig ben, voeg ik een korte presentatie toe en vraag ik of ze meer willen weten. Mijn berichtje is persoonlijk, heeft een eigen tone of voice en is heel helder. Mensen moeten niet na het lezen ervan met vragen zitten. Daarnaast besteed ik aandacht aan hoe het er grafisch uitziet. Geen wollig verhaal met lange zinnen, maar een overzichtelijk berichtje met enkele bulletpoints.”
En hopelijk leidt dit uiteindelijk tot een opdracht...
“Vertrouwen bouw je langzaam op. Gelukkig gaat dat ook online. Zelfs mensen die er altijd op stonden om elkaar eerst face-to-face te ontmoeten, kunnen niet anders. Ook zij willen verder. Gelukkig krijg ik genoeg response waardoor ik al een paar keer mijn plan heb kunnen pitchen.”
Hoe gaat dat op afstand pitchen?
“Voorop staat dat ik degene die ik spreek moet ik meenemen in mijn verhaal. Het is daarom een groot verschil of ik ze bel met of zonder video. Met video zorg ik altijd voor een aangepaste presentatie. Doordat ik het scherm kan delen en iedereen toch altijd naar het beeldscherm staart, ben ik in charge wat de ander ziet. Ik kan meteen illustreren wat ik vertel en mensen kunnen heel gericht vragen stellen. In ons vakgebied speelt verbeelding een belangrijke rol, dus het is fijn dat ik dit via video goed kan inzetten.”
“Maar ik heb ook een aantal keer via de telefoon moeten pitchen. Dan kan ik de ander niet meenemen door mijn presentatie. Om er toch voor te zorgen dat ik alles vertel, schrijf ik van tevoren altijd een aantal punten op die ik sowieso wil behandelen. Natuurlijk verloopt het gesprek organisch en speel ik in op wat de ander zegt, maar zo houd ik voor ogen wat het doel van het gesprek is en dat ik niks vergeet.”
Oefen je van tevoren?
“Jazeker. Een goede voorbereiding is een must. De eerste twee pitches die ik hield waren voor de twee partners waarmee ik nu werk. Vervolgens ben ik de pitch gaan finetunen en speel ik in op wie ik voor me heb. Elke keer als ik mijn pitch houd, scherp ik hem aan.”
Hoe zit je erbij als je een video-call hebt?
“Ik zorg allereerst dat de belichting goed is en dat ik recht voor de camera zit, zodat ik goed zichtbaar ben. Ook kleed ik me netjes. Vaak zien mensen mij toch voor het eerst. Het is belangrijk dat ik een goede indruk achterlaat. En om mensen niet te veel af te leiden van mijn verhaal, zorg ik voor een rustige achtergrond.”
Wanneer is een pitch succesvol?
“Als er een follow-up afspraak uit voorkomt en de dialoog opgang blijft.”
Vlieg je straks meteen naar Amerika als dat weer mag? Of is dat niet nodig?
"Zonder dat ik daar ben geweest, komen de projecten nu al van de grond. Er wordt heel hard gewerkt om een goed bouwteam samen te stellen en de locatie heb ik goed kunnen bekijken via Google Maps. Van afstand is het dus mogelijk om heel veel voor elkaar te krijgen. Voorwaarde is wel dat je op een lijn zit met de mensen op locatie en iedereen elkaar blijft voeden met relevante informatie. Zonder mijn partner in Chicago was het heel moeilijk geweest. Tegelijkertijd wil ik heel graag daar een keer naartoe om iedereen die eraan werkt te ontmoeten en de vordering van het project met eigen ogen te zien.”