Beste Huub, geachte aanwezigen
Mag ik vrij naar Nescio zeggen: ‘Behalve de man die de Nederlandsche Bank – vlakbij de Sarphatistraat - het mooiste gebouw in Europa vond, heb ik nooit een wonderlijker uitspraak gehoord dan dat Huub de Graaff zei dat hij met pensioen ging’. We zitten hier dus met z’n allen om Huub te loven en prijzen, terwijl hij allang weet dat het gewoon doorgaat.
En dat op historische grond van de BNA, hier opgericht in 1842. Over doorgaan gesproken!
Mij is gevraagd iets te zeggen over de branche en hoe wij naar de arbeidsverhoudingen kijken. Dat is geen sinecure, nu niet alleen de architectenbranche, maar de hele wereld heftige dynamiek kent. Ik zal hier kort over spreken, bij wijze van enige opmerkingen. Over de algemene ontwikkeling, de architectenbranche en dan over Huub. Je zou kunnen zeggen van complex, naar hybride, naar… relax. De rode draad: waardering en vertrouwen als kracht.
De meeste lezingen zijn van: eerst zeggen wat je gaat zeggen, het dan zeggen en vervolgens: zeggen wat je gezegd hebt. En dat laten eindigen met; ik heb gezegd! Ik denk niet dat ik dit ga redden.
Als eerste is daar dus: COMPLEX
Laat ik mijn omzwerving beginnen met een grove schets, die eigenlijk het best gemarkeerd wordt met het onlangs bereikte Sociaal Akkoord tussen kabinet en werkgevers. De basis achter dit akkoord is een toenemend besef van complexiteit, ongelijkheid en – in de kern – gebrek aan vertrouwen. Een samenleving op drift. Onze samenleving is, zou je kunnen zeggen, in een wankel evenwicht gekomen tussen wat Fukuyama destijds in zijn boek Trust onderscheidde: een lowtrust en hightrustsociety. Zeg maar Italië versus Noorwegen. Of het Holland van de Gouden Eeuw en de polderakkoorden. Een lowtrustsociety is tamelijk ineffcient, kost veel energie. Bij de higtrust zegeviert het vertrouwen door efficiëntie en het geven van vertrouwen, tussen de geledingen van de maatschappij. Daar kan ook balans in belonen bij zitten.
Omdat dit geen echte lezing is, maak ik van Fukuyama een reuzensprong naar het heden, waarin we – ook op de arbeidsmarkt – geconfronteerd worden met enorme uitdagingen. De oude wereld van de vertrouwde gilden, de overzichtelijkheid van beroepsgroepen en werken, is veranderd in een samenleving waarin alles met alles samenhangt. Complexiteit! Roept iedereen. De wereld is alles wat het geval is, maar doordat we zo intens verbonden zijn, is er te veel het geval. Dat dit ook voor de arbeidsmarkt geldt, is geen geheim.
Ik moest in dit verband onwillekeurig denken aan een verhaal van Harry Starren, jaren geleden bij een event van jonge mensen: “De vaste baan is een 20-ste eeuw concept’. Hij voorzag een verleidelijk beeld van iedereen die zijn eigen toekomst in handen had, iedereen zijn eigen ondernemer en met z’n allen de zorg voor hen die dat niet lukte. Een schaamteloos vereenvoudigde samenvatting, maar wel de utopie die hij voorzag.
Inmiddels weten we een beetje beter. De zzp-ers dreigen zelf de onderkant van de samenleving te worden, althans een deel daarvan, en de vaste baan is zeker niet uít de mode. De tweedeling schrijdt ondertussen door. De complexiteit verlamt bijna ieder ingrijpen. Ook van werkgeverszijde is dit écht een probleem. Er is kennelijk een probleem dat ook Fukuyama al signaleerde: regeringen – dus ook bedrijven – kunnen in no time vertrouwen te gronde richten. (Inderdaad: de coronacrisis.). Een mentale zandstorm veroorzaken. Het enige dat werkelijk helpt is te appeleren aan de diepe menselijke behoefte aan waardigheid, erkenning van opgebouwde ervaring en vakmanschap. Daar begint herstel. Aldus Fukuyama.
Dat is dus een boodschap voor de hele werkgevers- en werknemersgemenschap.
Nu dus maar het 2e item: hybriditeit
De geschiedenis van architectenbureaus is zoals alle geschiedenis: het is de vraag of er vooruitgang is, en het is de vraag op de geschiedenis zich herhaalt. Hoe het ook zij, de markt waarin architectenbureaus zich een bestaan moeten verschaffen is grillig en – ook nu weer – keihard.
Eén van de consequenties van een aantal ontwikkelingen is de toenemende hybridisering van onze bureaus. Hét architectenbureau bestaat niet, zo het al bestaan heeft. Er is een kakelbonte variatie aan bedrijfs- en verdienmodellen ontstaan. Er zijn nieuwe regels, nieuwe spelers, er is nieuwe werkelijkheid door de digitalisering en de oude keten begint te kraken. Iedereen zal de consequenties voor de architect herkennen. Het recente boek Architects after Architecture illustreert het vak als een ‘veelzijdige manier van handelen in deze wereld, ver voorbij het alleen ontwerpen van gebouwen’. (they used their architectural training in new and resourceful ways to tackle the climate crisis, work with refugees, advocate for diversity, start tech companies, become leading museum curators, tackle homelessness, draft public policy, become developers, design videogames, shape public discourse, and much more’).
In het ontwerpproces zijn er aan de voor- en achterkant nieuwe aspecten waarop bureaus waarde kunnen creëren. Van marktverkenning en consultancypraktijken, tot explotiatie- en beheervergoedingen. En ook de productlijn toont vernieuwing: er is meer dan ontwerp of het ontwerpen van gebouwen. Deze ‘hybridisering’ verhoudt zich tot de branchevervaging die zich overal in de bouw voordoet. Met als gevolg dat de zo overzichtelijke arbeidsmarkt van architecten ook hybridiseert. Voeg daarbij dat werknemers zich steeds minder aan één tak van sport gebonden voelen en de hybride is compleet. (Men wil vaak vooral waardering en ‘change’: yes, we can.)
Een vriend van mij zei onlangs dat ook arbeidsverhoudingen gaan hybridiseren. Wie werkgever of – nemer is, zal in de toekomst minder duidelijk zijn. Soms ben je het één, dan weer het ander.
Ik geloof dat ik met complexiteit en hybridsering het boeltje wel ingewikkeld genoeg gemaakt heb.
Nu de arbeidsverhoudingen van de toekomst als voorportaal voor Huub’s afscheid.
Ik doe dat met een paar statements, maar wel geïnspireerd door het voorafgaande:
Ten eerste:
De gevolgen van de toenemende complexiteit en hybridisering maken de transformatie naar nieuwe, eigentijdse arbeidsverhoudingen onomkeerbaar.
Ten tweede:
De nieuwe arbeidsmarkt zal door de maatschappelijke problemen – klimaat, energie, etc – eerder een diverser en internationaler, dan een eenvormiger en nationaal ecosysteem worden. De 20ste eeuwse antwoorden daarop, van cao tot collectieve organisaties – zullen kraken en transformeren.
Ten derde:
De nieuwe orde zal naast een transactionele (geld, middelen) ook steeds meer een waardengerichte orde worden (oikonomia), waarin arbeid een middel is om maatschappelijke doelen te behalen. Net als dat nu voor grote bedrijven steeds meer wordt afgedwongen, via wettelijke en misschien zelfs juridische maatregelen. Voor architectenbureaus en hun werknemers ligt hier een kans: zij zitten in het waardendomein. Waar we afspraken maken over skills, zelden over waarden en al helemaal niet over wat mensen drijft, zal economie steeds meer oikonomia worden: zorgvuldig beheer van vitale bestaansvoorwaarden (maar dan, wat mij betreft, zonder de theologische connotatie)
Ten vierde:
De branche moet blijven innoveren, niet alleen in techniek en ontwerp, maar juist ook in menselijke en arbeidsverhoudingen. Alleen een branche die dat doet, kan met recht zeggen een werkelijk creatieve sector te zijn, die – hoe je het ook wendt of keert – staat of valt bij wat het menselijk kapitaal in onze branche vermag.
En om een hightrust-sector te zijn en blijven is er ook nog wel wat huiswerk in die arbeidsverhoudingen. Want een menselijke branche heeft natuurlijk een cao en pensioenregeling als condities voor vertrouwen en gelijk speelveld. Maar er is dus meer. Ik noemde al waardering en vertrouwen.
De kern blijft: erken complexiteit en omarm de hybridisering. Diversiteit als kracht!
Dames en heren, Huub.
Ja, ik noemde het woord ‘innovatie’ al. We hebben de afgelopen jaren gezien hoe de in 1981 opgerichte SFA werknemers en werkgevers niet alleen helpt bij de uitvoering, maar ook meedenkt over hoe het anders kan.
Ik meen dat een creatieve branche, die rust op mensen, vertrouwen en de inventie, enorm gebaat is bij zoiets als de SFA. Het is een instrument om aan vertrouwen te bouwen, in plaats van om wantrouwen te organiseren. Daar hebben we andere instellingen voor.
Huub,
Je hebt daarin een sleutelrol gespeeld en bent en blijft een wonderlijke man, al woon je niet in de Sarphatistraat. Gedreven, nieuwsgierig en steeds op zoek naar oplossingen. Die soms al in de krant stonden, voor we het ons realiseerden ((-:. Steeds voelde je jouw betrokkenheid bij mensen, hetzij ondernemer of werknemer, of…hybride. In een stijl die ik als toegewijd en relaxed zou willen typeren.
Ik noem jouw inzet op medezeggenschap, in een sector waar dat soms best moeilijk ligt. En de crisis van 2008, waar het sectorplan, de inzet op BIM, ondernemerschap en dergelijke deel van uitmaakten. Maar een finest hour was toch ook dat minimumtarief voor zzp-ers, waar de eerste collectieve arbeids- en opdrachtovereenkomst’ uit volgde. Algemeen verbindend verklaard door Minister Koolmees. En gespreksstof in het bestuur van MKB-NL en VNO-NCW, waar ik volstrekt onterecht de honneurs kreeg toegezwaaid. Die waren voor jou en anderen.
Je verdiensten zijn er vele en gevarieerd. Maar alles doordesemd van taaiheid, doorzettingskracht, spitsvondigheid en diep gevoelde liefde voor de branche en zijn mensen. Als die pretoogjes achter dat brilletje mij weer eens aanspraken met ‘we moeten weer eens effe praten’ wist ik hoe laat het was. Relax, man.
Huub, de bonden vonden je soms misschien te veel begrip tonen voor het werkgeversperpectief. De BNA soms weer andersom. Met enige afstand is jouw balanceer act er een vol neutraal, constructief verbinden en innoveren geweest. Deskundig, empathisch. Maar een mensenmens bovenal.
Je hebt gewerkt aan een hightrust-sector. We hebben er alle vertrouwen in dat dit met Marianne Berenschot een vervolg krijgt. Want die hightrust kan in de kern – Fukuyama leert het – alleen bereikt kan worden door waardering en vertrouwen geven. Dat gaven en geven we je graag.
We gaan je missen en we zullen je nodig hebben. Namens de BNA van harte bedankt en veel succes met je onderneming Exchains. Het ga je goed.
Ik heb gezegd! ((-: