In het Rotterdamse Lloydkwartier verrijst SAWA. Een woongebouw waarmee Mei architects and planners hoog inzet. Het is van hout, duurzaam, circulair, inclusief, betaalbaar, sociaal, groen en gezond, want ontworpen volgens de wetten van de biofilie. Het is niet alleen CO2-neutraal gebouwd, maar slaat zelfs CO2 óp. Het groenconcept is ontworpen in samenwerking met stadsecologen en biologen: tussen de balkons en terrassen komen enorme bloem- en plantenbakken, die voor privacy tussen de woningen zorgen, maar ook de biodiversiteit in het gebied een boost geven. De grote moestuin op de eerste verdieping is een plek die buren en natuur verbindt: hier laten ze samen voedsel groeien. Net als de gezamenlijke klusruimte, is dit een plek waar bewoners elkaar ontmoeten en de sociale cohesie kan bloeien. Dit alles bij elkaar maakt SAWA een goed voorbeeld van een regeneratief gebouw. Een gebouw dat op verschillende manieren waarde toevoegt aan de buurt en de stad.
‘Niet alleen de schade van het bouwen beperken, maar iets waardevols toevoegen.’
Holistische kijk
Steeds meer architecten willen regeneratief bouwen. ‘Wij ontwerpen actief aan gezonde en leefbare omgeving en gebouwen. We proberen de mens onderdeel van het ecosysteem te laten zijn,’ zeggen Emile van Vugt en Marlies Zuidam van FAAM Architecten, op de vraag wat zij verstaan onder die term. ‘Het is een holistische manier van bouwen, met meer oog voor de ecologische en sociale kant.’ Gedreven door maatschappelijk actuele thema’s als de klimaatcrises en de wooncrisis is FAAM Architecten zich sinds een jaar of vijf actief met het onderwerp bezig gaan houden. ‘De bestaande instrumentaria waren volgens ons niet toereikend. Je kunt een BREEAM outstanding award winnen met een niet al te duurzaam gebouw. Dat knaagde aan ons. Dat moest toch anders, ambitieuzer kunnen? Inmiddels hebben we ons eigen model ontwikkeld, dat ons helpt te ontwerpen met oog voor onderwerpen als ecologie en gezondheid. Bottom line is dat we gebouwen en gebieden willen ontwikkelen die de omgeving versterken. Die niet alleen de schade van het bouwen beperken, maar iets waardevols toevoegen.’ FAAM bekijkt ontwerpopgaves vanuit de aanwezige kwaliteit van flora en fauna, met de ambitie deze met bouw te verrijken. Met die blik hebben ze zich onder meer gebogen over het buurtschap Djept, bij Veldhoven. Al in een vroeg stadium heeft het bureau een ecoloog betrokken bij de opgave om woningen toe te voegen in dit gebied. ‘In samenwerking met hen is dat gelukt op een manier die de sociale binding vergoot, hittestress reduceert en de biodiversiteit bevordert. Onderdeel van het plan is een zogenaamd klimaatbos, ter grootte van een tennisbaan, waar verschillende soorten planten en bomen groeien. De impact daarvan overstijgt het gebied waarin we bouwen.’
‘Dus niet: op het laatst nog even wat nestkastjes ophangen.’
Andere mindset
Regeneratief ontwerpen vraagt om een andere mindset, zeggen de architecten van FAAM. Het maken van de juiste afwegingen aan de start van een ontwerpproces is cruciaal. ‘De crux zit hem in de integrale aanpak. Dus niet: op het laatst nog even wat nestkastjes ophangen. Als we integraal samenwerken met andere disciplines als ecologie, stedenbouw en landschap, zijn er waanzinnige stappen te maken.’
Er wordt op dit moment aan tal van nieuwe, innovatieve, regeneratieve projecten gebouwd, die inspiratie bieden. Een daarvan is het klimaatadaptieve, modulaire, houten woongebouw Poppies in de Amsterdamse Buiksloterham. Onder de naam Mama Pioneers trokken Marc Koehler Architects en projectontwikkelaar Edwin Oostmeijer samen op om een stedelijke oase te creëren voor de buurt. Met gedeelde ruimtes om te koken en eten, een regeneratieve daktuin, een moestuin en een microbos dat als natuurlijke koeling werkt. Ze vernoemden het naar de wilde klaproos, die kleur en lieflijks brengt op de meest uitdagende locaties. En samengevat, is dat precies wat regeneratief bouwen is.