Actueel / Nieuws

Circulaire architectuur gaat over het blootleggen van verhalen

De publicatie Reuse to Reduce werd op vrijdag 14 april dit jaar gepresenteerd in Het Nieuwe Instituut. Het is een pleidooi van Popma ter Steege Architecten (PTSA) om de circulaire transitie te omarmen als een kans voor een meer betekenisvolle architectuur. Jan Willem ter Steege, samen met Josse Popma, oprichter en partner van PTSA, ziet hierin een mooie rol voor de architect weggelegd, namelijk die van vormgever en blootlegger van verhalen.

Door Oene Dijk

Het boek Reuse to Reduce tracht het discours over circulariteit te verschuiven richting vormgeving en weg van de technocratie. Hoe doe je dat?
Door het grotere verhaal te schetsen en daarmee het perspectief te verbreden, en niet alleen het technologische deel van circulariteit en hergebruik te benadrukken. Duidelijk maken dat duurzaamheid en de circulaire transitie culturele en maatschappelijke opgaven zijn. Door naast ontwerpprincipes, zoals het ontwerpen met een CO2-budget, whole life carbon aanpak, hybride constructies en collage esthetiek, ook het verhaal van de plek, het materiaal, de geschiedenis en de betekenis bloot te leggen.

Reuse to Reduce | The Book Photographer
Reuse to Reduce | The Book Photographer

Hoe doe je dat in de praktijk?
Het laboratorium BioPartner 5 is een mooi voorbeeld van hoe een gelaagd verhaal van hergebruik is gecreëerd. De plek is het Leiden Bio Science Park, een terrein dat net als de wetenschap zelf continue in beweging en ontwikkeling is. Onze opgave was hoe kun je het adaptieve vermogen, de aanpasbaarheid van architectuur vergroten en het verhaal van hergebruik tonen.
Het materiaal bestaat voor een groot deel uit hergebruik van baksteenpuin, keramische toiletpotten, gangpuien, vloerbedekking en staal afkomstig van een verderop gelegen verouderd laboratorium. De constructie van het gebouw bestaat uit 165.000 ton hergebruikt staal.
Sommige gebruikers van BioPartner 5 studeerden in dat verouderde laboratorium en keken al tijdens de bouw van BioPartner 5 door het gaas van het hekwerk. Ze zagen stap voor stap hoe op een nieuwe plek bekende kolommen werden hergebruikt. Nu werken ze in dat nieuwe gebouw en omarmen het verhaal van hergebruik. Ze vertellen het verhaal door; het verschaft een nieuw gebouw van een extra betekenis.
De betekenis van het gebouw, gelegen tussen grote en vaak gesloten gebouwen, zit ook in de maatschappelijke rol van de ontmoetingsplek. De openheid en laagdrempeligheid van BioPartner 5 passen in die betekenislaag van het verhaal. Door een ondiep gebouw met veel uitzicht en flexibiliteit versterk je de toekomstbestendigheid van een gebouw.

Past in dat verhaal ook jullie oproep: “Niet bouwen kan een hele goede oplossing zijn"?

Ja. Al snel wordt geroepen om te slopen, maar met aanpassingen en inbreidingen creëer je mogelijk een beter en passender gebouw dan met nieuwbouw. We pleiten om de waarde en kwaliteiten van bestaande gebouwen te onderzoeken en daarmee ook de betekenis van de plek. De geschiedenis van het gebruik van een gebouw standaard meenemen in je beslissingen.
We werken aan een project in Leiden waar een school gesloopt zou worden, maar vanwege allerlei vertragingen is dat nog niet gebeurd. Dat geeft de tijd voor heroverweging. Het mee laten wegen van de geschiedenis van de gebruikers, ouders die hun kinderen naar die plek brengen, neemt ook de bestaande weerstand voor het project van omwonenden weg.
Aan ons dan de taak door aanpassingen en vormgeving de nieuwe functies een plaats te geven. Zo voorkom je ook de cycli van sloop van verouderd gebouw, nieuwbouw dat op een gegeven moment ook weer gesloopt wordt, etc.
Wat hierbij helpt is het ontwerpen van flexibele gebouwen in plaats van compacte. Kijk ook naar bestaande geslaagde voorbeelden waar slimme uitbreidingen met respect voor het bestaande zijn gebouwd, zoals in het werk van Lacaton & Vassal.

PTSA | BioPartner 5 | Leiden | René de Wit
PTSA | BioPartner 5 | Leiden | René de Wit
PTSA | BioPartner 5 | Leiden | René de Wit
PTSA | BioPartner 5 | Leiden | René de Wit
PTSA | Materialen BioPartner 5 | Leiden | René de Wit
PTSA | Materialen BioPartner 5 | Leiden | René de Wit

Jullie hebben het over hybride constructies en collage esthetiek. Wat bedoelen jullie daarmee?
Hybride constructies gaan over het eerder genoemde adaptieve vermogen van architectuur. Het liefst zie ik een gebouw langzaam groeien; door het aanpassen en aansluiten van onderdelen creëer je zo een betekenisvolle gelaagdheid. En een uniek object; denk daarbij aan het kunstwerk Monogram van Robert Rauschenberg. De autoband is niet uniek, de bok is niet uniek, maar de combinatie van die onderdelen wel. Ondanks de contrasten ontstaat een verstrengelde eenheid.
Voor BioPartner 5 hebben we de twee delen, het publieke deel en het besloten (voor onderzoek) deel, vertaald als contrasterende werelden. Het klinische deel is aangevuld met informele ruimtes. De verblijfskwaliteit is vergroot door uitzicht en toevoeging van groen. In de gevel gaan baksteenpuin en inheemse beplanting samen.
Ik pleit ook voor een herwaardering van het instrumentarium dat in de architectuur van een honderd jaar geleden werd ingezet om in een contrastrijk gebouw een eenheid te creëren. Integrale kwaliteit is te bereiken door het inzetten van vloerpatronen, behang en kleurenschema’s. In de Italiaanse stadpaleizen uit de vroege Renaissance wordt de eenheid ondanks alle losse onderdelen gecreëerd door het vloerpatroon.
Over esthetiek gesproken: architectuur is ook gebaseerd op een afspraak over wat mooi en lelijk is. Met een nieuwe manier van bouwen kun je een nieuw raamwerk van waardering opbouwen. Zonder daarbij de voorbeelden uit het verleden te vergeten. Het Colosseum is een mooi voorbeeld van hergebruiken. De stenen zijn door heel Rome ingezet voor het maken van nieuwe gebouwen.

‘Al snel wordt geroepen om te slopen, maar met aanpassingen en inbreidingen creëer je mogelijk een beter en passender gebouw dan met nieuwbouw.’

BioPartner 5 is het eerste gebouw in Nederland dat voldoet aan de Parijse klimaatdoelstellingen. Was bouwen binnen het 1,5 graden scenario van Parijs vanaf het begin van jullie bureau al van belang?
Ja. De urgente doelen van het klimaatakkoord van Parijs bieden een helder houvast. We vroegen ons direct af hoe vertaal je dit in de vormgeving van de architectuur. Architectuur die niet alleen het noodzakelijke hergebruik van materialen benut en gebouwd wordt volgens whole life carbon aanpak, maar ook het heroverwegen van onze behoeftes en onze ideeën aangaande esthetiek stimuleert.
In de recentere projecten heeft het onderzoek naar materiaal een steeds grotere rol ingenomen. Naast staal, beton, etc. richten we ons ook op de baksteen. Hoe kunnen we in de Nederlandse baksteen architectuurgeschiedenis een volgend hoofdstuk toevoegen, namelijk die van het hergebruik.

Reuse to Reduce is ook een pleidooi voor ontwerp dat gevormd wordt door planetaire grenzen en het gebruik van een CO2-budget als een middel hiervoor. Waar pleit je nog meer voor?
Hergebruik heeft nog geen verdienmodel. Ik pleit voor verder onderzoek naar het hoe dat gerealiseerd kan worden. Dat kan op allerlei gebieden, van het verwerken van afvalstromen en reststromen tot hergebruik agenderen en een podium bieden aan architecten die als voorbeeld dienen. Regained, een platform voor circulair ontwerp, is samen met buro bordo, een organisatie- en adviesbureau in de culturele sector, opgezet. We verbinden mensen en koppelen ontwerpkracht aan de grote opgaven waar we voor staan.