In oktober 2018 presenteerde staatssecretaris Mona Keijzer de Handreiking Tenderkostenvergoeding aan de Tweede Kamer, waarin verwezen wordt naar de BNA Richtlijn Gezonde Architectenselecties. Deze handreiking moet faire tendervergoedingen bevorderen. Grofweg de helft van de bureaus (52%) ontvangt vaker een inschrijfvergoeding dan voorheen, al zijn die meestal onredelijk laag. Zo’n 44% van de bureaus ziet geen verbetering. Veel aanbesteders hebben onvoldoende besef van de inschrijfkosten die architecten maken. Dat blijkt uit het BNA Verdiepingsonderzoek voorjaar 2021.
Tendervergoedingen nog altijd ondermaats
Noodzaak
Vrijwel alle bureaus van meer dan 10fte doen mee aan architectenselecties. Bij bureaus tussen de 5 en 10 fte is dat een derde. Kleinere bureaus doen niet of nauwelijks mee aan selecties. Voor veel bureaus is deelname aan selecties noodzakelijk. Bureaus doen vooral mee omdat ze uitgenodigd worden en/of omdat het de meest directe toegang is tot opdrachten. Veel opdrachtgevers moeten verplicht aanbesteden. Zo is een architectenselectie de enige route om in aanmerking te komen voor een ontwerpopdracht van een publiek gebouw van enige omvang en aanzien.
Vraag: merkt jouw bureau dat er de laatste tijd vaker een faire vergoeding wordt geboden in selecties voor ontwerpwerk?
Kopzorgen
Bureaus maken zich overwegend zorgen over de gevraagde ervaring, de aard en omvang van de opdracht, de gevraagde inschrijfinspanning en de druk op tarieven. Regelmatig moeten architecten hele specifieke competenties aantonen met referentieprojecten, waarvoor ook strikte voorwaarden gelden (onder andere ouderdom, omvang). Grote bureaus worstelen al om geschikte referentieprojecten aan te leveren. Kleine bureaus en jong talent komen er niet of nauwelijks tussen. Wat betreft de opdrachten, worstelen bureaus met beperkte opdrachten, waardoor bureaus niet altijd goed kunnen sturen op de kwaliteit van het gebouwde resultaat, terwijl de toepasselijke inkoopvoorwaarden wel forse resultaatverplichtingen en aansprakelijkheden opleggen die veel verder gaan dan de DNR.
Oplopende inschrijfkosten
Ook wordt steeds meer gevraagd in het kader van de inschrijving. De inschrijfkosten lopen daardoor op. Daar staat zelden een redelijke inschrijfvergoeding tegenover. Vaak is de geboden vergoeding te laag. Helaas wordt regelmatig zelfs helemaal geen tegemoetkoming in de inschrijfkosten geboden, terwijl dat wel moet van de Gids Proportionaliteit als de aanbesteder om ontwerpwerk vraagt. Op papier worden opdrachten gegund op basis van de beste prijs-kwaliteitverhouding. Bureaus ondervinden dat in de praktijk toch vooral de prijs de doorslag geeft, waardoor honoraria onder druk staan. Gelukkig zien bureaus ook lichtpuntjes. Veel selecties zijn efficiënter ingericht waardoor deelname eenvoudiger is. En er is meer aandacht voor duurzaamheid in de uitvragen.
Een redelijke vergoeding
Michel Geertse, BNA beleidsmedewerker juridische zaken hierover: “Het is vervelend dat architecten nog steeds tegen dezelfde problemen aanlopen. Als BNA zitten we hier bovenop. Bij een disproportionele selectie stellen we eerst vriendelijke vragen en als dat niet werkt volgt een officiële klacht. Neem de stijgende inschrijfkosten. De Gids Proportionaliteit stelt duidelijk dat een aanbesteder een redelijke inschrijfvergoeding moet overwegen als hij ontwerpwerk uitvraagt. Zo’n vergoeding hoeft niet kostendekkend te zijn, maar deelname aan tenders moet wel rendabel zijn. Anders wordt architectenwerk een dure hobby.”
BNA Richtlijn Gezonde Architectenselecties
Hoe je een redelijke vergoeding vaststelt wordt uitgelegd in de Handreiking Tenderkostenvergoeding en de BNA Richtlijn Gezonde Architectenselecties. De BNA wijst een aanbesteder op die kaders indien deze teveel uitvraagt zonder redelijke vergoeding. De staatssecretaris heeft bij de presentatie van de handreiking gemeld dat zij de toepassing in 2021 zal evalueren. Als de toepassing achterblijft, wordt de handreiking minder vrijblijvend. Uiteraard gaat de BNA in haar lobby inzetten op minder vrijblijvendheid als de tendervergoedingen in de praktijk niet verbeteren.